Goed Onderwijs

Welke uitdagingen zien wij in de mbo-praktijk?

  • Studenten zoeken zingeving en (handelings)perspectief. Ze voelen zich soms eenzaam en worden verantwoordelijk gehouden voor hun eigen geluk en succes, terwijl de wereld in brand staat. Het vraagt van scholen een sociaal-verbindende en vormende rol. Zo ontstaan normatieve vragen over goed onderwijs: staat vakmanschap nog op één? Begeleiden wij studenten ook bij het vinden van zin, betekenis en verbondenheid?

  • Teams ervaren een mismatch tussen de opleiding en de behoeften van studenten en werkveld. Zij maken de opleiding praktijkgerichter om de studentmotivatie te prikkelen en om dichter bij ontwikkelingen in het werkveld en maatschappij te staan. Zo innoveren zij de (hybride) leeromgeving en pedagogisch-didactische aanpak.

  • Docenten ervaren dat hun rol en verantwoordelijkheid verandert. Naast overdracht van beroepskennis, krijgen zij een rol in burgerschap, taal en studentenwelzijn. Het geeft vragen over hun professionele identiteit (wie wil ik zijn als docent?), teamverantwoordelijkheid (hoe doen wij het samen?) en eigen repertoire (hoe leg ik accent op het doen, ontmoeten, ervaren, begrijpen en reflecteren van studenten?).

We kunnen na de samenwerking met Onderwijs124 vooruit met allerlei praktische tools, zoals ontwerpprincipes, teamtrainingen, ontmoetingskaartjes en een meerjarig beleidsplan dat de route langs het CvB heeft gemaakt. En onze achterban is gegroeid!
- Stéphanie Reijntjens, projectleider bij Firda

Hoe kijken wij naar goed onderwijs in de mbo-praktijk?

We zien goed onderwijs als een vorm van praktijkinnovatie. Vanuit onze visie op praktijkinnovatie, zien we drie werkzame principes voor goed onderwijs in het mbo:

  1. Variaties in de praktijk maken.
    Een totale renovatie van het onderwijs is niet nodig en niet effectief. Het gaat eerder om incrementele veranderingen en accentverschuivingen. Bijvoorbeeld het herijken van bestaande elementen van kwalificatie (kennis en kunde van het vakmanschap), socialisatie (ingewijd worden in de omgangsregels van de samenleving) en subjectificatie (je tot beiden als eigen persoon leren verhouden). Via kleine aanpassingen in de eigen praktijk groeien draagvlak, self-efficacy en wendbaarheid.
  2. Onderscheidend verbinden.
    Onderwijs is normatief; er is niet één goed antwoord. Onderwijsontwikkeling vraagt dus om gezamenlijke kaders én ruimte voor professionele eigenheid. De aanmoediging aan ieder om persoonlijk in te stappen. Zo ontstaat een onderwijsontwerp en pedagogisch-didactische aanpak, die profiteert van individuele kwaliteiten en collectieve wijsheid.
  3. Tussentijds tonen en waarderen.
    De afstand tussen teamoverleg en klaslokaal kan groot zijn. Het gesprek over onderwijs stijgt op in abstracties en mooie plannen, maar terug voor de klas ben je op jezelf aangewezen. Onderwijsontwikkeling vraagt om elkaar het echte werk te tonen, ook als het nog niet af is. Via het tussentijds tonen en waarderen van elkaars werk, groeien veranderkracht, praktische wijsheid en lerend vermogen.
Een werkelijk weergaloos prachtig openingsuur in muziek-, woord- en groei-en-bloeikunsten!
- Deelnemer Brede Vorming Parade, juni 2024

Hoe werken we samen aan goed onderwijs in de mbo-praktijk?

Onderwijs124 verbindt theoretische en praktijkkennis met een creatieve ontwikkelaanpak. We gebruiken beproefde ontwerpprincipes voor het ontmoeten, meedoen en betekenisgeven van studenten, die we samen vertalen naar de specifieke teamcontext. Een theatraal uur als kickstart van professionalisering, met persoonlijke verhalen, creatieve oefeningen en inspiratie uit kunst, filosofie en wetenschap. Een handboek met 40 kant-en-klare aanpakken om met studenten en collega’s stappen te zetten in het onbekende. En onze jarenlange ervaring als docenten, onderzoekers en kunstenaars.

Veelgebruikte aanpakken zijn:

  • Begeleiding van een visie- en/of implementatietraject, hoe goed (burgerschaps)onderwijs te richten, inrichten en verrichten.
  • Professionalisering als werkplaats of leernetwerk, waarin deelnemers hun praktijkvragen en -innovaties op tafel leggen en doorontwikkelen.Begeleiding van creatieve onderwijsexperimenten, om het pedagogisch-didactisch repertoire en kunstenaarschap van docenten te prikkelen.

Auteursrecht © 2024 Onderwijs124

|